Talent ghetto is een begrip uit het boek van Peter Boxall en John Purcell (2015) dat de situatie omschrijft waarin een getalenteerde individuele medewerker binnen een organisatie zich alleen nog maar ontwikkelt binnen zijn eigen specialisatie, waardoor de kans op meer verantwoordelijkheden of taken afneemt.
Wanneer een talent (vaak een jong, ambitieus iemand) binnen de organisatie een bepaalde taak of functie heeft en zich alleen binnen die functie of specialiteit ontwikkelt, loopt hij of zij de kans om ''dood te lopen in zijn specialisme''. Gevolg is dat een talent wel zeer gespecialiseerd is, maar dat de kans klein is dat zo iemand in een hogere of andere positie ingezet kan worden omdat hij of zij de ''breedte'' mist om bredere verantwoordelijkheden binnen de organisatie aan te kunnen. Iemand is dus te specialistisch geworden om andere dingen te kunnen bewerkstelligen.
Veel beter is het volgens Boxall en Purcell (2015) om ''talent spiralen'' te maken. Laat getalenteerde individuele medewerkers zich niet alleen in hun eigen specialisatie ontwikkelen, maar ook in die andere (diepere) kwaliteiten die nodig zijn om een hogere of belangrijkere functie (bijvoorbeeld directeur of leidinggevende) te kunnen bekleden. Dit kan door ze in verschillende functies te rouleren of door ze mee te laten kijken bij andere medewerkers of functies.