Definities van Prisma Woordenboek Nederlands in de Ensie T
- tuinstad
- tuinstoel
- tuit
- tuiten
- tuk
- tukje
- tukken
- tukker
- tuktuk
- tulband
- tule
- tulp
- tulpenbol
- tulpenboom
- tumbler
- tumor
- tumtum
- tumult
- tumultueus
- tune
- tuner
- tuner-versterker
- tunica
- tuniek
- tunnel
- tunnelvisie
- turbine
- turbo
- turbotaal
- turbulent
- turbulentie
- tureluur
- tureluurs
- turen
- turf
- turfkantoor
- turfmolm
- turfsteken
- turk
- turkoois
- Turks
- turnen
- turnles
- turnzaal
- turquoise
- turven
- tussen
- tussenbeide
- tussendoor
- tussendoortje
- tussenhandel
- tussenhersenen
- tussenin
- tussenjaar
- tussenkomen
- tussenkomst
- tussenlanding
- tussenoplossing
- tussenpaus
- tussenpersoon
- tussentaal
- tussentijds
- tussenuur
- tussenvoegsel
- tussenwerpsel
- tussenzin
- tut
- tuthola
- tutor
- tutoyeren
- tuttebel
- tutten
- tutti
- tuttifrutti
- tuttig
- tutu
- tv
- tv-kijken
- TW
- twaalf
- twaalfde
- twaalfuurtje
- tweaken
- twee
- twee-eiig
- twee-onder-een-kapwoning
- tweebaansweg
- tweebenig
- tweecomponentenlijm
- tweed
- tweede
- tweedegraads
- tweedegraadsverbranding
- tweedehands
- tweedekansonderwijs
- tweedekker
- tweedeklas
- tweedelijns
- tweederangs
- tweederde
