Definities van Prisma Woordenboek Nederlands in de Ensie D
- delgen
- deliberatie
- delibereren
- delicaat
- delicatesse
- delicieus
- delict
- deling
- delinquent
- delirium
- deloyaal
- delta
- deltaplan
- deltavliegen
- Deltawerken
- delven
- demagogie
- demagogisch
- demagoog
- demarcatielijn
- demarrage
- demarreren
- demaskeren
- demasqué
- dement
- dementie
- demi
- demi-sec
- demilitariseren
- demissionair
- demo
- demobiliseren
- democraat
- democratie
- democratisch
- democratiseren
- demografie
- demografisch
- demon
- demonisch
- demoniseren
- demonstrant
- demonstrateur
- demonstratie
- demonstratief
- demonstreren
- demonteren
- demoraliseren
- demotie
- demotivatie
- demotiveren
- dempen
- demper
- den
- denar
- denationaliseren
- denatureren
- denderen
- denderend
- dendriet
- dendrologie
- denier
- denigrerend
- denim
- denivelleren
- denkbaar
- denkballon
- denkbeeld
- denkbeeldig
- denkelijk
- denken
- denker
- denkfout
- denkkracht
- denkraam
- denksport
- denktank
- denkvermogen
- denkwijze
- dennenappel
- dennenboom
- dennennaald
- denominatie
- densiteit
- dentaal
- dentist
- deo
- Deo volente
- deodorant
- deontologie
- dep.
- depanneren
- departement
- departementaal
- dependance
- dependentie
- deplorabel
- depolitiseren
- deponeren
- deporteren