Gepubliceerd op 21-06-2017

Duinkonijn

betekenis & definitie

1. als een-, Haagse slanguitdr. voor ‘dronken’.

2. (duj) als een -, erg duf, onfris; weinig levendig. Informele uitdr. Syn. duf als een konijn.

Het is gisteravond nogal laat geworden, en ik ben zo duf als een duinkonijn. (René Appel: Persoonlijke omstandigheden, 1992)

3. een (saai)-,spottende aanduiding voor een saai persoon. Slang.

Lamers begint zonder de aftiteling en de presentatrice speelt (of is misschien wel) een saai duinkonijn. (Nieuwe Revu, 14/02/91)

< >