Politiek woordenboek

Marco Bunge (1985)

Gepubliceerd op 19-04-2023

Afbouwen

betekenis & definitie

1. Geleidelijk verminderen.

2. Bezuinigen.

Tijdens de Algemene beschouwingen 1985 merkte de voorzitter van de Tweede Kamer alvorens tot de stemmingen over de ingediende moties werd overgegaan op ‘… dat wanneer de motie van mevrouw Brouwer over goed taalgebruik wordt aangenomen, ik aanneem, dat het woord “afbouwen” hier nooit meer zal worden gebruikt’. Het kamerlid Van der Spek (PSP) repliceerde vervolgens met: ‘Het mag natuurlijk wel worden gebruikt in de zin van een gebouw afmaken, niet in de Duitse betekenis, dat alles met de grond gelijk wordt gemaakt …’ De voorzitter: ‘Natuurlijk’.

< >