Tanárius O. K. [C. E. Otto Kuntze] / tanárius, - naam door Rumphius (Herbarium Amboinense III, 190) gegeven aan eenige boomsoorten, welker schors gebezigd werd “om alderhande netten te tanen of een tanige verwe te geven, waar door ze in ’t zeewater durabel werden, en heeft zijn naam van ’t woord Tan, in ’t Nederduytsch betekenende de groene bolster van een Walnoot en gemalen Eyken schorsse, waarmede men het leer bereyd.” [Noot: In geen der mij bekende woordenboeken komt een Nederlandsch woord tan van deze beteekenis voor, wel taan, een uit eikeschors bereide, gele kleurstof. - Vgl. voorts het Fr. en Eng. tan, run, verwant met het Keltische tann, eik; Fr. tanner, looien; Eng. to tan.]
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk