Verklarend Woordenboek Plantennamen

Dr. C. A. Backer (1936)

Gepubliceerd op 07-05-2018

Glaux

betekenis & definitie

Glaux L. [C. Linnaeus], - oude, Gr. en Lat. plantennaam, door Plinĭus (Historĭa Naturālis XXVII, 58) gebezigd voor een plant, van welke hij zegt: “Glaux ... cytĭso et lenticŭlae folĭis simĭlis: aversa candidiōra. Rami in terram serpunt quini senīve, admŏdum tenŭes ab radīce. Floscŭli purpurĕi exĕunt. Invenĭtur juxta mare.

Conquĭtur in sorbitiōne similagĭnis ad excitandam ubertātem lactis. Eam qui hausĕrint, balinĕis uti convĕnit” [Glaux gelijkt, wat de bladeren betreft, op Cytĭsus (de tegenwoordig Medicāgo arborĕa L. [C. Linnaeus] genoemde, Zuideurop. plant) en op linze; de bladeren zijn van onder echter witter. Uit den wortel ontwikkelen zich 5 of 6 zeer dunne, over den grond kruipende stengels; de bloemen zijn purperrood. De plant groeit nabij de zee. Zij wordt, in meelpap gekookt, genuttigd om de melkafscheiding te bevorderen. Het is goed na het eten ervan een bad te nemen]. - Welke plant hiermede bedoeld wordt, staat niet vast, waarschijnlijk echter niet de thans Glaux genoemde, welke in Italië alleen bij Venetië en in Griekenland in het geheel niet voorkomt. De afleiding van den naam staat evenmin vast; sommige brengen hem in verband met Gr. glaukos, blauwgroen, in welk geval hij op de kleur der bladeren zou zinspelen; anderen leiden hem af van Gr. gala, melk, met het oog op het gebruik, dat van de plant gemaakt werd. Ook de tegenwoordig Glaux genoemde plant wordt geacht de zogafscheiding bij kraamvrouwen te bevorderen.

< >