Bartrámia Gaertn. [J. Gärtner] / bartrámia, - genoemd naar den kwaker J. Bartram (1699, Marple, bij Darby, Delaware, U.S.A.; 1777, Philadelphia, Penns.
U.S.A.), boerenzoon, die zich met ijver op de plantkunde en de geologie toelegde en door eigen studie de noodige bekwaamheid verwierf. Hij bereisde voor bot. doeleinden een groot deel der. Vereenigde Staten, stichtte bij Philadelphia een bot. tuin (thans een stadspark), voerde vele levende planten uit Amerika in Europa in en omgekeerd en zond gedroogde planten aan Linnaeus (die zeer met hem was ingenomen) en aan andere botanici; voorts schreef hij eenige natuurhistorische publicaties. - Het woord wordt wel als soortnaam gebezigd voor een plant, welke vroeger tot het geslacht Bartramĭa gerekend werd.