Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 19-04-2022

Pigment

betekenis & definitie

(pigmentum, verfstof), donkere kleurstof in dierlijke of plantaardige weefsels, de huid der negers, het vaatvlies, den borsttepel, kwaadaardige gezwellen, enz. Onderscheiden worden bloed-, gal-, vetpigment, enz. Vgl. Melanine, Luteine, Haemochromatose. P. atrophie, atrophie (zie ald.), die met pigmentatie, of ook met verdwijning van het pigment (zie Leucodermie) gepaard gaat. P. bacteriën, = chromogene bacteriën. P. cellen, cellen, die kleurstofkorreltjes bevatten; syn. Chromatophoren. P. degeneratie (van het netvlies), = retinitis pigmentosa. P. embolie, het ontstaan van emboli (zie ald.) van pigment, vooral in de hersenen, bij melanaemie (zie ald.). P. induratie, vorming van litteekenachtig bindweefsel, dat pigment bevat, in de longen. P. metamorphose (μεταμόρφωσις, vormverandering), 1. verandering van weefselbestanddeelen in pigment; 2. in het algemeen iedere abnormale vorming van pigment.

< >