Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 19-04-2022

Leucoma

betekenis & definitie

(λεύκωμα), „iets wit gekleurds”; ondoorschijnende witte litteekenvlek of algemeene troebeling van het hoornvlies; populair, „parel op het oog”. L. adhaerens (adhaero, aanhangsel), L., waaraan of waarin het regenboogvlies is vastgegroeid. L. adh. prominens (promineo, vooruitsteken), met uitpuilend litteeken. L. centrale totale adhaerens, met volledige vergroeiïng van den rand der pupil. L. oris, vgl. Leucoplakia oris. L. unguium, vgl. Leuconychie.

< >