Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 19-04-2022

Elastisch

betekenis & definitie

elasticiteit (veerkracht) bezittend, op elasticiteit betrekking hebbend. Elastische vezelen, sterk lichtbrekende, aan zuren en alkaliën sterk weerstand biedende vezels in de grondstof van het fibrillair bindweefsel, waarvan zij de elasticiteit (het vermogen om zich na vormverandering tot den oorspronkelijken vorm te herstellen) veroorzaken. Hebben zij in bindweefsel de overhand, dan noemt men dit E. bindweefsel, bijv. in banden (lig. nuchae) en vliezen (in den slagaderwand).

< >