Nicolaas Johannes Roosenboom geb. Schellingwoude (Ransdorp) 23 augustus 1805, overl. Assen 1 maart 1880. Leerling van A. Schelfhout.
In 1829 maakte hij een reis naar Duitsland en zes jaar later bezocht hij Schotland en Devonshire. Werkzaam te Brussel in 1825, Den Haag tot 1830, Haarlem tot 1838, Den Haag tot 1843, Overveen tot 1846, Amsterdam tot 1847, Den Haag 1848, Rotterdam tot 1852, Brussel tot 1860, Rotterdam 1862, Haarlem 1865, Westerbork 1867-1869 en 1876-1878, Kampen 1872 en na 1878 te Assen. Medewerker van E. Verboeckhoven. In 1846 bestuurslid van het Teeken-Kollegie ‘Kunst zij ons Doel’ te Haarlem.
Schilderde bij voorkeur winterlandschappen, met figuurtjes, ook zomerlandschappen, rivier- en strandgezichten; bovendien heeft hij geëtst en gelithografeerd. Er zijn ook interieurtjes met figuren (zijn kinderen) bekend. Gaf les aan F. M. Kruseman, C. Lieste, M. C. J. H. Vogel-geb. Roosenboom; J. P. van Velzen.
Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1826-1876: winter- en zomerlandschappen, meestal met vee en figuren: riviergezicht; gezicht in Schotland; gezicht op het Spaarne bij Haarlem; brandend Engels schip. Raadhuis Amsterdam: landschap. Rijksmuseum Kröller-Müller Otterlo: 2 tekeningen. Rijksprentenkabinet Amsterdam: tekening (en). Rijksprentenkabinet Leiden: een portret (krijttekening). Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: Highgate. gezien van Hampstead Heath (aquarel, gem. a/d achterzijde N. J.: Roosenboom f. 1835). Frans Halsmuseum Haarlem: zeilschepen op dé rivier (aquarel).
Huebner; Immerzeel; Kramm; Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten V 2; Waller; Wurzbach.