Gepubliceerd op 14-02-2019

Hendrik van steenwijk

betekenis & definitie

Hendrik van Steenwijk geb. Amsterdam 14 september 1864, overl. Haarlem 7 september 1937. Woonde en werkte in Amsterdam tot 1892, Den Haag (Scheveningen) na 1892, Edam tot 1897, Bunschoten 1897-1898, Amsterdam 1898-1899, Den Haag 1899-1909, Laren (N.H.) 1909-1910, IJmuiden 19101911, daarna in Haarlem.

Werkte veel in Zeeland (Domburg en Westkapelle) en maakte reizen naar Noorwegen en Italië. Aanvankelijk toneeldekoratieschilder o.l.v. J. D. G. Grootveld en later o.l.v. Gustave Prot, vervolgens leerling van de Rijksakademie te Amsterdam (1881-1888) o.l.v. B. Wijnveld jr en van de Tekenakademie in Den Haag o.l.v. Fr. Jansen. Heeft raadgevingen gehad van J. Th. Toorop en H. W. Mesdag.

Schilderde, aquarelleerde, tekende, etste en lithografeerde het leven en het bedrijf der zeevissers (hun dorpen en hun havens, henzelf, nettenboetsters, de zee met vissersboten enz.).

Luns; Lurasco; Plasschaert; Waller.

< >