Cornelia van der Hart geb. Boekit Tingi (Ned. Indië) 5 december 1851, overl. Den Haag 14 juli 1940.
Woonde en werkte in Den Haag. Leerlinge van de Akademie v. B.K. in die stad o.l.v. J. Ph. Koelman, en leerlinge van Ph. Zilcken (etsen).
Schilderde, tekende en etste figuren, stads- en dorpsgezichten en ook landschappen. Illustreerde (pentekeningen), maakte houtsneden, lithografeerde en was mede kunstnijveraarster. Was lid van ‘Pulchri Studio’ in Den Haag. Gaf les aan M. J. M. Vlielander Hein.
Tentoonstellingen Amsterdam. Den Haag en Rotterdam 1879-1897: studiekoppen; het meisje met lucifers; smakelijk pijpje; schetsen en omtrekken (pentekening); een pad naar zee; het gesprek; naar huis; avond op de heide; bij Wassenaar; in het duin; in de weide; aan de arbeid; het weggetje; diverse pentekeningen enz.
Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Van Hall I; Waller.