Bernardus Antonie van Beek (‘Bern. A.’) geb. Amsterdam 30 januari 1875, overl. Kortenhoef 6 maart 1941.
Woonde en werkte in Amsterdam tot 1911; daarna in Kortenhoef. Begon bij zijn vader, als dekoratieschilder, daarna leerling van de school voor Kunstambachten. Vormde zich verder zelf. Kreeg raadgevingen van E. Pieters, J. H. Wijsmuller en P. J. C. Gabriël.
Schilderde vnl. landschappen (poldergezichten), heeft ook stadsgezichten gemaakt. Was o.m. lid van ‘Arti et Amicitiae’ en ‘St. Lucas’ in Amsterdam.
Tentoonstellingen te Amsterdam van 1899-1903, Arnhem in 1901 en Rotterdam in 1902: gezicht op Kortenhoef; vaart te Kortenhoef; in de Vreelandse polder; regenachtige middag; stil plekje in Amsterdam; Munttoren te Deventer (aquarel). Werk in het Goois Museum Hilversum.
Luns: Lurasco; Mak van Waay; Plasschaert; Van Hall I en II.