Antoinette Agathe van Hoijtema geb. Delft 6 december 1875, overl. Den Haag 30 september 1967. Woonde en werkte in Brummen tot 1905, daarna in Scheveningen en in Den Haag.
Heeft veel in het buitenland gereisd: Italië, Spanje en N.-en-Z.-Afrika. Leerlinge van ‘Kunstoefening’ te Arnhem en van dr H. P. Bremmer. Schilderde, aquarelleerde, tekende (pen) en lithografeerde in naturalistische trant, landschappen, stadsgezichten, portretten en stillevens. Zij schreef ook over kunst. Was lid van ‘De Onafhankelijken’ te Amsterdam, de Schilderessenvereniging ‘O.D.I.S.’ en van de Federatie v. B.B.K. Signeerde: Antoinette van Hoytema.
Werk in Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: poort van Mecknés, Marokko (litho) en Gemeentemuseum Den Haag: een schilderij (bloeiende bereklauw); Gemeentearchief Den Haag: circa 25 tekeningen. Rijksmuseum Kröller-Müller Otterlo: 5 tekeningen.
Eugénie Köhler. ‘Antoinette van Hoytema' (vormgeving en druk A. Sijthoff N.V. Den Haag 1967); Mak van Waay; Van Hall II; Waller.