Anthonius Philippus Derkzen van Angeren (‘Antoon’) geb. Delft 21 april 1878, overl. Bedford (Quebec, Canada) vóór of op 27 juni 1961.
Woonde en werkte in Delft tot 1902, Hof van Delft 1902-1907, Stompwijk 1907-1911, Rotterdam 1911-1934, Zuilichem tot 1935, Rotterdam 1935-1937, IJselmonde na 1937, Rotterdam tot 1952, vertrok naar Montreal (Canada). Vormde zich zelf. Werkte tot ca. 1901 op een plateelfabriek te Delft.
Schilderde, aquarelleerde, tekende; later hoofdzakelijk grafisch werk (etsen, gravures en litho’s), stadsgezichten, landschappen, figuren, portretten, tuinen enz. Gaf les aan J. C. Bezemer, G. B. Boevé, G. van Bruggen, H. Chabot, KI. van der Erve, C. Franse A. J. de Haas, M. F. P. M. Hendriks, H. D. Heuff, W. B. van Heusden, R. M. Holtrop, G. Knuttel, M. T. Koornstra, H. J. Lucardie, F. F. C. Maas, A. J. A. Neuhuijs, S. Nuissl, A. M. van der Plas, M. M. Rademaker, W. Renardel de Lavalette, A. M. van Roode, J. C. J. van Schagen, J. Th. Schonk, A. Schotel, L. A. Sengers, A. M. Sok, N. van der Veen, C. Vons, J. L. J. Wijsbroek, E. van Zanden.
Museum Boymansvan Beuningen Rotterdam: zelfportret. Rijksmuseum KröllerMüller Otterlo: 69 tekeningen. Singer Museum Laren (N.H.): tekeningen en grafisch werk. Rijkscollectie: serie riviergezichtjes (23 etsen); serie riviergezichtjes, 1938 (18 etsen).
Elsevier XXXIV (1907) blz. 1-13; XLIX (1915) blz. 412413; Luns; Mak van Waay; Thieme-Becker; Van Hall I; Waller.
