Gepubliceerd op 19-01-2017

Object­con­stantie

betekenis & definitie

Objectconstantie kan meerdere betekenissen hebben.

1. Het vermogen om met de ogen zodanig voorwerpen waar te nemen dat deze voor­werpen gelijk van vorm, afmetingen en kleur blijven.
2. De grootteconstantie is een onderdeel van de objectconstantie. Uit het optreden van dit constantieverschijnsel blijkt dat waarnemen niet passief registreren is, maar actief organiseren. Dit begrip wordt verwor­ven tijdens het tweede levensjaar en is in de theorie van Jean Piaget één van de belang­rijke mijlpalen in de ontwikkeling van het denken en ontstaat in het sensori­motorische stadium.
3. In de object-relatie-theorie: op grond van het feit dat het primair 'verzor­gend object' (verzorgende personen) zoals D.W. Winnicott dat noemt 'goed genoeg' is, is het kind in staat de rapprochement crisis met succes af te wik­kelen en binnen te treden in de fase van de object­constantie. In deze fase raken het Zelf en de objec­ten definitief van elkaar onderscheiden en krijgen ze een stabiel karakter. Boven­dien wordt ook de tweedeling goed slecht in deze fase losgelaten.

< >