(République Togolaise), republiek in West-Afrika, begrensd door Ghana, Opper-Volta, Benin en de Golf van Guinea, 56 600 km2, 2,71 mln. inw. Hoofdstad: Lomé.
ECONOMIE
De beroepsbevolking omvat 1,1 mln. personen, van wie nog 68 % werkzaam is in de landbouw. Van de oppervlakte (2,28 mln. ha) is 41 % in gebruik als akkerland. Slechts een klein gedeelte hiervan wordt benut voor verbouw van commerciële gewassen zoals cacao (15 000 t) en koffie (9000 t). De landbouwproduktie is niet toereikend om de gehele bevolking te voeden. Van de exportwaarde komt 70 % uit de export van fosfaat (produktie 1,9 mln. t).
Op 30.12.1979 werd bij een volksstemming door ruim 99 % van de kiezers een nieuwe grondwet goedgekeurd en werd president G. Eyadema in zijn ambt bevestigd. Nadat hij op 13.1.1980 de derde republiek had uitgeroepen, wijzigde Eyadema herhaaldelijk zijn regering. Zelf bleef hij als minister van Defensie aan. Speciale aandacht besteedde hij aan het onderwijs, dat in twee ministeries werd ondergebracht. Vermoedelijk hielden de snelle regeringswijzigingen ook verband met de vrees voor samenzweringen.
Op 23.12.1982 sloot de president zijn ex-adviseur, Kudjolu Djogo op, samen met drie andere figuren uit het politiek bureau van de eenheidspartij Rassemblement du Peuple Togolais (RPT). In jan. 1983 werden vijf Britse huurlingen ingerekend, die Eyadema om het leven wilden brengen. Net als bij een vorige poging waren zij via Ghana het land binnengedrongen. Eyadema was op de hoogte van hun plannen door tips van de Amerikaanse en Franse geheime diensten. Hij beschuldigde de zonen van ex-president Olympio, maar de in Parijs gevestigde oppositiebeweging, de Mouvement Togolais pour la Démocratie (MTD), beschuldigde de president van opgezet spel. Hij zou de aandacht hebben willen afleiden van Togo’s verslechterde economische situatie.
Togo voerde in de afgelopen jaren een actieve buitenlandse politiek, in nauwe samenspraak met Parijs. Ex-premier Ange Patasse van de Centraalafrikaanse Republiek kreeg in Togo in 1981 politiek asiel. In de hoofdstad Lomé kwam in hetzelfde jaar een conferentie bijeen van twaalf Afrikaanse staatshoofden om de toestand in Tsjaad te bespreken na de Libische plannen tot fusie met dat land. Togo leverde ook een troepencontingent voor de panafrikaanse legermacht, die tussen nov.1981 en juni 1982 in Tsjaad tevergeefs een eind probeerde te maken aan de politieke clanstrijd tussen G.Oueddi en H.Habré.