Zeekoeien - Sirenia, orde der zoogdieren, uitsluitend levend in water aan zeekusten en rivieren ; herbivoor. Plompe dieren, met spoelvormig lichaam met dikke speklaag en zonder achterste ledematen, terwijl de voorste vinvormig zijn ; aan den staart een „staartvin”, gevormd door horizontale huidlappen; een hals ontbreekt. De huid is spaarzaam behaard of naakt. Alle vingers zijn door de huid ingesloten, uitwendig niet zichtbaar, soms nog met nagels.
De maag is samengesteld; het voedsel bestaat uit waterplanten, die zij met de gespleten bovenlip grijpen. Zij gelijken in verschillende opzichten op de Walvischachtigen, maar zijn toch meer verwant met de hoefdieren. Zij staan gaarne rechtop, met kop en borst — met 2 melkklieren — uit het water en hebben aldus aanleiding gegeven tot het verhaal van het bestaan van Sirenen; vandaar de naam. Komen voor aan de kusten van Australië en den Indischen Archipel, in de Roode zee, in de Karalbische zee en de Atlantische kusten van Amerika ; verder in rivieren van W.-Afrika en Brazilië. Hiertoe hehooren de lamantijn, de doejong en Steller’s zeekoe.
