Xeranthemum - plantengeslacht der Composieten, met 6 soorten in de landen om de Middellandsche zee. Het zijn Immortellen of stroobloemen; X. annuum wordt het meest gekweekt. Deze éénjarige wordt 40—60 c.M. hoog; de blaadjes zijn lancetvormig, gaafrandig en, evenals de stengels, viltig behaard. De bloemkorfjes zijn wit, rosé of purper, meer of minder gevuld en hiernaar zelfs in groepen verdeeld.
Wijl de korfjes bij droging bijna niet veranderen, worden zij nog steeds gebruikt voor droge of winter-bouquets. Men snijdt ze spoedig na het open gaan af en hangt ze op een luchtige, donkere plaats, omgekeerd, ter droging op. Heeft men ze vooraf eenige oogenblikken ondergedompeld in een oplossing van 1 deel zoutzuur op 10—12 deelen water, dan wordt de kleur helderder. Men zaait X. in April ter plaatse, soms in Aug.—Sept., doch dan moeten de plantjes ’s winters beschut worden.