Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Viotta

betekenis & definitie

Viotta - 1) Joannes Josephus, Ned. geneesheer, geb. 1814 te Amsterdam, overl. aldaar 1859. Zeer begaafd voor de toonkunst nam V. een werkzaam aandeel in het muziekleven. Hij is de componist van het zoo algemeen geliefde liedje van „de Zilvervloot”. Zijn zoon 2) Mr.

Henri V. studeerde en promoveerde in de rechten (proefschrift : het Auteursrecht van den Componist), maar beoefende daarnaast ijverig de muziek, speelde goed violoncel en componeerde, reeds op jeugdigen leeftijd, stukken, die van talent getuigden. Nadat hij, in 1876, de opvoeringen van den Ring des Nibelungen te Bayreuth had bijgewoond, werd V. een vurig aanhanger van Wagner en propagandist van diens werken. Hij richtte — met anderen — de Wagner-Vereeniging op en voerde in dien kring alle werken van Wagner, met uitzondering van Rienzi, op. In 1896 volgde V. Nicolai op als directeur van het Kon. Conservatorium (toen nog Muziekschool) in Den Haag, welke betrekking hij tot 1918 bekleedde. Aan zijn onvermoeid streven is ook te danken, dat in Den Haag het Residentie-Orkest is opgericht, een instelling, die hij tot 1917 geleid heeft. V. heeft ook veel geschreven op muzikaal gebied: Lexicon der Toonkunst, Onze Hedendaagsche Toonkunstenaars, enz., redigeerde vijf jaren lang het „Maandblad voor Muziek”, en schreef artikelen in vele tijdschriften; o. m. was hij vast medewerker voor muziek aan De(n) Gids.

< >