Verschooning

betekenis & definitie

Verschooning - Van de voogdij en toeziende voogdij kan men zich slechts verschoonen op een der gronden, genoemd in art. 434 B. W. De vader en moeder kunnen echter ten aanzien hunner eigen kinderen daarop geen beroep doen. — Voor curateele en toeziende curateele gelden dezelfde regelen (art. 606 B. W.). Bovendien behoeft niemand, uitgezonderd echtgenooten en bloedverwanten in de opgaande of nederdalende linie, een cur. of toez. curateele langer dan 8 jaren te behouden (art. 616 B. W.). — De rechter kan zich van de kennisneming eener zaak verschoonen in die gevallen, waarin hij zou kunnen worden gewraakt (artt. 31 Rv., 329 Sv.). Laatstgen. art. maakt versch. ook mogelijk op andere billijke gronden. Rechters, tot een college behoorend, moeten zich ten aanzien van' v. echter onderwerpen aan een beslissing van dat college. De mederechters mogen zich niet aan de raadpleging en beslissing daaromtrent onttrekken (artt. 39 Rv., 326 Sv.). Wie zich van het afleggen van getuigenis kunnen verschoonen, bepalen voor burgerl. zaken art. 1956 B. W. (zie echter ook art. 1951), voor strafzaken artt. 66 en 162 Sv. — Zie voor verschooning vragen onder BELEEDIGING.