Utricularia - plantengeslacht der Lentibulariaceeën, met 250 soorten in de tropische en gematigde streken. Het zijn kruiden, die in zoetwater, op moerassigen grond of epiphytisch voorkomen, en zich ten deele met insecten voeden. Zie plaat Insectenetende planten, fig. 5. In de slooten en plassen van ons land komen 4 soorten voor, Blaasjeskruid genoemd, naar de eivormige zakjes (gewijzigde bladdeelen), die door een slechts naar binnen openend, elastisch sluitend klepje als vangmiddel dienen voor watervlooien en andere diertjes, soms tot 10—12 stuks toe.
U. montana uit trop. Amerika en andere epiphytisch groeiende soorten, die wortels, ovale bladeren en grootere bloemen hebben, worden wel als warmekasplanten gekweekt.
