Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Trente (concilie van -)

betekenis & definitie

Trente (concilie van -) - 1545-1563, de door den paus Paulus III na velerlei aarzeling samengeroepen kerkvergadering, om door officieele besluiten het veldwinnend Protestantisme te keeren. (Zie TEGEN-REFORMATIE). Er werd o. a. vastgesteld: dat de overlevering alleen de H. Schrift juist kan interpreteeren, m. a. w. dat alleen het gezag der kerk (in den paus gecentraliseerd) den Bijbel juist kan uitleggen; de vulgata de authentieke bron voor de kerkleer zou zijn en ook de apocriefen van het O. T. tot den kanon gerekend moesten worden. Hierdoor werd stelling genomen tegen het Protestantsche Schriftbeginsel. Wat de leer betreft, werd vastgesteld, dat de rechtvaardiging een proces is van subjectieve rechtvaardigmaking; dat goede werken noodzakelijk zijn ter zaligheid; dat het priestercoelibaat gehandhaafd moet blijven; dat er zeven sacramenten zijn, waarvan bij het Avondmaal de transsubstantiatie behoort aangenomen te worden.

Heiligen- en reliquieënvereering, aflaat en leer van het vagevuur werden als juist erkend. In al deze bepalingen werden de Protestantsche gevoelens als dwalingen veroordeeld. Het Latijn werd als kerktaal erkend; kerkorde en kerkelijke tucht, opleiding van geestelijken verbeterd; de aflaathandel afgeschaft. — De paus, Pius IV, behield zich de uitlegging der decreten voor, en gaf in 1564 de z.g. Professio fidei Tridentinae uit, waarin ook voor lagere geestelijken de eed van ware gehoorzaamheid aan den paus wordt geeischt, als opvolger van Petrus en stedehouder van Christus. — Canones et decreta concilii Tridentini, edd. Richter et Schulte (1853); talrijke stereotype herdrukken; Concilium Tridentinum, ed. Societas Goerresiana I-V (1901-11).

< >