Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Tolen

betekenis & definitie

Tolen - eiland in Zeeland; ook gemeente en stadje op het eiland. De gem. is groot 2133 H.A., alles zeeklei, die als bouwland gebruikt wordt. Zij telt 3400 inw., die van landbouw, visscherij en oesterteelt bestaan. Men vindt er het stadje T. en eenige buurten, waaronder Schakerloo, dat voorheen een heerlijkheid met eigen kerk was.

Het stadje T. ligt aan de tramlijn naar Bergen-op-Z. en aan ’t veer over de Eendracht naar Halsteren (N.-Brab.). Het is stadsgewijze gebouwd en telt 2500 inw. Het ontleent zijn naam (oorspronkelijk Ter Tole) aan den tol, die hier eenmaal door de Brabantsche hertogen werd geheven. In de 13de eeuw kwam deze plaats aan den graaf van Holland en Zeeland, die er een steenen tolhuis liet bouwen. Het stadhuis is van wit arduin gebouwd, evenals de Groote kerk, waarin een praalgraf van Gwy van Blois, laatste heer van Tolen († 1421) en van Gwy van Blois, heer van Poortvliet. In 1577 werd Tolen Geusch. Meermalen had het stadje van watervloeden te lijden, o. a. in 1682 en 1808.

< >