Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Thaler

betekenis & definitie

Thaler - (taler), bekende Duitsche zilveren munt (meer waard dan de gelijknamige Nederl. daalder), ontleent zijn naam aan Joachimsthal (Noord-Bohemen), waar de eerste als Joachimsthaler begin 16de eeuw werden geslagen. In 1566 werd de th. als rijksmunt erkend, verdrong allengs den Rijnschen goudgulden en kwam onder verschillende benamingen en waarden voor (Speziesthaler, Maria Theresiathaler, enz.). De nieuwere th. is uit den Pruisischen, sedert 1764 a 24 groschen = ƒ 1.80 (in 1821 werden 30 groschen = 1 thaler gerekend, in Hannover bleef het 24). Sedert 1857 kent men den Vereinsthaler, d. i. th. van den Zollverein = 2 Oostenr. en 1¾ Z.-Duitsche gulden, later = 3 mark. Tot najaar 1907 was de th. geldig.

< >