Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Talleyrand-Périgord

betekenis & definitie

Talleyrand-Périgord - (Charles Maurice de —), Fransch staatsman, geb. 1754 te Parijs, geestelijke geworden, daar een lichaamsgebrek hem verhinderde in militairen dienst te gaan, kreeg in 1780 ’t ambt van agent-général du clergé deFrance en werd in 1788 bisschop van Autun. Na reeds in de vergadering van notabelen op den voorgrond getreden te zijn, koos de geestelijkheid hem tot haar afgevaardigde in de Etats Généraux. Hier trad hij reeds spoedig op den voorgrond. Den 14den Juli 1789 werd hij lid van de commissie voor ’t ontwerpen van een constitutie.

Op zijn voorstel ging de Assemblée Nationale Constituante over tot de secularisatie der geestelijke goederen. In 1790 werd door hem op de Champs de Mars de mis gecelebreerd ter herdenking van den val van de Bastille. In conflict geraakte hij met de kerk, door zijn goedkeuring van de constitution civile du clergé. Tijdens de Législative werd hij, na eenigen tijd op den achtergrond te zijn geraakt, lid van een missie naar Engeland, die moest zorgen, dat dit land in den komenden oorlog neutraal zou blijven (1792). Na de instelling van de republiek (Aug. 1792) en nadat het gebleken was, dat Engeland deel zou nemen aan een oorlog tegen Frankrijk, werd hij wegens vermeende royalistische neigingen uit Frankrijk verbannen. T. bleef in Engeland, maar moest dit land in 1794 verlaten, waarop hij naar Amerika vertrekt. In 1795 in Frankrijk teruggekeerd, maakt hij deel uit van een missie naar Pruisen en maakt van dit oogenblik af deel uit van den diplomatieken dienst. Van Juli 1797 tot Aug. 1807 is hij met een kleine onderbreking minister geweest van Buitenlandsche Zaken.

Aan de verschillende vredesonderhandelingen nam hij een werkzaam aandeel, terwijl hij er tevens in slaagde, de verhouding met de kerk te regelen (concordaat van 1802), waarvoor de paus hem toestond uit den geestelijken stand te treden. Tot belooning voor zijn diensten verhief keizer Napoleon hem in 1806 tot prins van Beneventum. Omstreeks dezen tijd kwam T. in conflict met Napoleon, die zijn politiek, om aansluiting te zoeken bij Engeland en Oostenrijk, niet kon goedkeuren. De leiding der buit. pol. werd daarna in 1807 aan hem ontnomen. Het ambt van archichancelier d’Etat, dat aan hem gegeven werd, had weinig te beteekenen. In contact getreden met von Metternich, speelde hij op den vorstendag van Erfurt (1808) een dubbelzinnige rol, terwijl hij ook in Parijs tegen den keizer intrigeerde. In 1809 van ’t hof verwijderd, treedt hij nu op den achtergrond, om in 1814 opnieuw een rol te spelen ten gunste van de Bourbons. Hij weet Alexander I van Rusland te bewegen een verklaring uit te vaardigen, dat er niet onderhandeld zal worden met ’t huis Bonaparte, en dat de Bourbons zullen hersteld worden.

Nadat Napoleon afstand van de regeering had gedaan en er een provisioneel bewind was ingesteld, kreeg T. de leiding ervan. Door Lodewijk XVIII benoemd tot minister van Buitenl. Zaken, neemt hij deel aan de onderhandelingen op ’t Congres van Weenen, waar hij opnieuw beproeft een samengaan te bewerken van Oostenrijk, Frankrijk en Engeland. Krachtig treedt hij op voor de Bourbons en weet te bewerken dat dezen hersteld worden te Napels. Wanneer Napoleon van Elba terugkeert, blijft ' hij de zijde houden van Lodewijk XVIII(1816). Na het herstel van Lodewijk XVIII is hij niet bij machte gunstiger bepalingen van de geallieerden te verwerven, waarom hij Sept. 1815 als Min. aftreedt.

Hiermede was de rol van T. niet uitgespeeld. Onder Lodewijk XVIII en Karel X grand chambellan is hij daarna onder de regeering van Louis Philippe gezant te Londen, waar hij meewerkt aan het regelen van de Belgische kwestie. In Nov. 1834 treedt hij af als gezant en vestigt zich te Parijs, waar hij invloed uitoefende op Thiers. Hij stierf in 1838. — Litt.: Souvenirs sur T., par Póchot (1870); T., Mémoires (éd. de Broglie, 5 vol. 1891—92); Correspondance dipl. (éd. Pallain 1889—91).

< >