Stofbestrijding - Met het bloote oog kan men in het stof, dat uit de straat is opgeveegd, zandkorreltjes, stroovezeltjes, papierdeeltjes, enz. onderscheiden. Onder de gewone loupe ontdekt men er bovendien haartjes, roet, stukjes leer en dergelijke in. Den waren aard van dat alles ontdekt men echter eerst onder het microscoop. Dan vertoonen zich de zandkorreltes als stukjes steen of glas met scherpe hoeken en punten, en ontwaart men in het stof, behalve een oneindig aantal bacteriën, fijne splintertjes hout en metaal, spiertjes en deeltjes van uitwerpselen van paarden en andere dieren, vezeltjes van katoen, wol, leer, veeren, enz.
Volgens een berekening wordt in een stad met een half millioen inw. per jaar alleen reeds 300.000 kilo leerstof geproduceerd! Het stof levert voor de gezondheid ernstige gevaren op. Door neus en mond komt gedurig stof in het lichaam. De bestrijding van de stofplaag is een probleem, dat tegenwoordig overal aan de orde is, en het aantal middelen, daartoe reeds aanbevolen, is zeer groot. In hoofdzaak zijn zij terug te brengen tot twee hoofdmanieren: mechanische verwijdering (door vegen, straatveegmachines, stofzuigers, enz.), en vastlegging van het stof door vocht. Het gemakkelijkste en goedkoopste middel om stof vast te leggen is water. Het besproeien der straten door middel van sproeiwagens helpt echter slechts voor weinige oogenblikken, wijl het water zoo snel verdampt. Daarom heeft men proeven genomen met andere vloeistoffen van hooger verdampingspunt dan water, met olie en asphaltachtige vloeistoffen. Ook heeft men beproefd, om in het water hygroscopische zouten op te lossen, welke door hun wateraantrekkend vermogen de straat vochtig zouden houden.
Men voegde b.v. calciumchloride, magnesiumchloride, enz. aan het water toe. Maar juist op warme dagen, wanneer de lucht droog is, worden deze zouten weinig werkzaam. Zij vormen dan zelf stof, dat nog het nadeel heeft, zooals bij zulke proeven gebleken is, om de oogen pijnlijk aan te doen. Het behandelen der wegen met teer kan enkel als preventieve maatregel bij het nieuw aanleggen of veranderen van wegen, maar niet voor het geregeld onderhoud en ’t vastleggen van het dagelijks zich vormende stof in aanmerking komen, aangezien door teerbehandeling het verkeer te lang belemmerd wordt. Voor het geregeld onderhoud der wegen heeft men tot nu toe als hulpmiddel naast het water alleen bijzondere soorten van min-vluchtige oliën met succes in toepassing kunnen brengen. Deze olie, door een emulsie-proces in met water mengbaren vorm gebracht, laat zich in dezen toestand gelijkmatig fijn over het straat-oppervlak verdeelen en is zoo in staat de straat voor aanmerkelijk langer tijd stofvrij te houden, dan met enkele watersproeiing het geval zou zijn.
