Slingerplant - noemt men elke plant, welke stengels heeft, die de noodige stevigheid missen om zelf naar boven te groeien, die dus het licht bereiken moeten door zich om andere stengels of steunsels heen te winden; daarom wordt ook wel van windende planten gesproken. De stengeltop van een s. staat meestal min of meer horizontaal en deze voert nu een spiraalvormige beweging uit, waardoor de top langzamerhand naar boven gevoerd wordt; deze beweging staat onder den invloed van de zwaartekracht en wordt uitgevoerd, doordat telkens een zijkant van den stengel sterker in de lengte groeit; men spreekt hier van lateraalgeotropie. Wanneer zulk een stengel een steunsel vindt, zullen die spiraalvormige bewegingen om dat steunsel heen plaats hebben; later wordt de s.-stengel negatiefgeotropisch, tracht zich dus op te richten en zal dientengevolge vast tegen het steunsel aangedrukt worden.
Daarbij is een mechanische noodzakelijkheid, dat de stengel getordeerd wordt; van die torsie kan men zich aan stengels van s. gemakkelijk overtuigen. De stengels van sommige s. zijn rechts-, die van andere linkswindend, afhankelijk daarvan of de beweging, wanneer men boven op den stengel kijkt, in de richting van het uurwerk geschiedt, dan wel tegenovergesteld daaraan.
