Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Orde (wisk.)

betekenis & definitie

Orde (wisk.) - 1) van een groep: het aantal bewerkingen, waaruit de groep bestaat: bijv. de permutatiegroep van 3 elementen abc is van de 6e orde, 2) van een algebraïsche kromme lijn: graad van de vergelijking der kromme lijn in rechtlijnige coördinaten, of w. h. z. is: aantal snijpunten, dat een rechte lijn met de kromme lijn gemeen heeft (bijv. een cirkel is een kromme lijn van de 2e orde), 3) van een oppervlak: graad van de vergelijking van het oppervlak in rechtlijnige coördinaten, of w. h. z. is: aantal snijpunten, dat een rechte lijn met het oppervlak gemeen heeft (bijv. een bol is een oppervlak van de 2e orde), 4) van een ruimtekromme: aantal snijpunten, dat een plat vlak met de ruimtekromme gemeen heeft, 5) van grootte: wanneer van twee veranderlijke getallen y, de limiet van y/x bij ’t kleiner worden van x en y tot 0 nadert, heet y van hooger orde dan x. Men spreekt zodoende van oneindig klein van verschillende orde. Men spreekt ook van oneindig groote getallen van verschillende orde.

< >