Normaalformaat, - in persvoortbrengselen, is het doel van een streven om boeken, kaarten en andere drukwerken over de geheele wereld in overeenkomstige afmetingen uit te voeren, en de kleinere formaten een bepaald onderdeel (1/2, 1/4 1/8 enz.) van het grootste te doen zijn. Het overzichtelijk opbergen van de enorme geestelijke productie en het ordenen van alle verdere persvoortbrengselen van blijvend nut, wordt daardoor zoo economisch mogelijk gemaakt, en niet alleen voor openbare boekerijen en archieven, maar ook voor de moderne commercieele- en bedrijfsregistratuur is het n. wegens de aanzienlijke ruimtebesparing van overwegend belang. Een intense toepassing vereischt tevens voorbereiding van het stelsel door den bouw van de voor het n. geëigende papiermachines, drukpersen, enz. (die goedkooper zullen kosten, omdat ze aan minder afwijkende eischen behoeven te voldoen), welker tegenwoordige constructie nu nog een spoedige en algemeene invoering in den weg staat, terwijl zich ook nog aesthetische bezwaren tegen het n.systeem doen gelden.
Litt.: Ostwald, Weltformate für Drucksachen (1913); id. Sekundäre Weltformate (1912); Bührer, Raumnot und Weltformat (1912); Bührer und Saager, Die Organisierung des Druckwerks (1912).