Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Molensteenen

betekenis & definitie

Molensteenen - de vlakke ronde steenen, waartusschen in de ouderwetsche meelmolens het graan wordt vermalen. Van het materiaal der m. hangt voor een groot deel de kwaliteit van het gefabriceerde meel af. Ze moeten hard zijn, liefst toch eenigszins poreus, en bovendien gelijkmatig van structuur. Het meest gezocht zijn de Fransche molensteenen (Franzosen); deze bestaan uit kwarts. Vooral de zoetwaterkwarts van La-Ferté-sous-Jouarre is uitstekend, maar duur.

Daarnaast worden in Holland ook veel gebruikt de Andernachsche of Niedermendiger steenen uit de Eifel, welke uit poreuze augietlava bestaan. Het is niet noodzakelijk, dat de molensteenen uit één stuk bestaan. Zij kunnen ook uit verschillende stukken zijn opgebouwd, welke met een pap van gips en lijm aan elkaar zijn gezet, waarna het geheel door een ring van bandijzer wordt versterkt. De maalvlakte der m. wordt met beitels van groeven in bepaald voorgeschreven geometrische figuren voorzien („gebild”), waardoor een effectieve maling en tevens het noodige uitwerpend vermogen wordt verkregen. Behalve in meelmolens, gebruikt men ook m. in enkele keramische maaltoestellen voor het natmalen (sleepsteenen). Men gebruikt dan ook veel kwartssteenen, daarnaast ook porfyr en graniet. De loopers der kollergangen worden ten onrechte ook m. genoemd.

< >