Ménippée (satire) - aldus genaamd naar den Griekschen cynicus Menippus, is de titel, dien men in 1594 gegeven heeft aan een verzameling van elf pamfletten, één jaar te voren afzonderlijk verschenen, waarin de z.g. Staten-generaal van de Liga bespot werden. Onder leiding van den hertog van Mayenne en met medewerking van den pauselijken legaat en andere aanzienlijke geestelijken, trachtte de Liga Hendrik van Navarra, die Parijs belegerde, verwijderd te houden van den Franschen troon, vacant geworden door het overlijden van Hendrik III. Terwijl het Louvre weerklonk van het krijgsgeschreeuw der „ligueurs”, die een Infant of een Guise als koning verkozen, verscheen uit den boezem van de Katholieke patriotten, een partij, die voor het grootste gedeelte uit lieden van den „tiers-état” bestond, een spotschrift, La Vertu du Catholicon d’ Espagne (Februari 1593). Hierin wordt de pauselijke legaat voorgesteld als een kwakzalver, die aan de poort van het Louvre een universeel geneesmiddel aanprijst, de „quintessence catholique-jésuite-espagnole”, kortweg „catholicon” genaamd, een middel, dat alle gemeenheid, alle misdaad doet verdwijnen en iederen schurk de achting van zijn medemenschen en Gods genade schenkt.
In denzelfden trant werden hier en in de andere pamfletten de verschillende leiders van de Liga onder handen genomen. Ten slotte spreekt de vertegenwoordiger van den naar vrede hakenden derden stand aldus: „Wij zeggen het u allen luide en duidelijk : wij zijn Franschen en brengen met de overige Franschen ons leven en de rest van ons bezit ten offer voor onzen koning, voor onzen goeden koning, voor onzen waren koning, Hendrik van Navarra.” De stemming, die uit de S. M. spreekt, won steeds veld en droeg er niet weinig toe bij om H. v. N., die in den zomer van 1593 tot het Katholicisme was overgegaan, de overwinning te bezorgen. De schrijver der pamfletten is, volgens het getuigenis van d’Aubigné, een weinig bekende geestelijke, Pierre Leroy. Ook de dichter Rapin schijnt eenige verzen geleverd te hebben.
