Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Mauretanië

betekenis & definitie

Mauretanië, - 1) in de Oudheid het N.W., ongeveer met het tegenwoordige Marokko en Algiers overeenkomende deel van Afrika, genoemd naar het daar wonende volk der Mauri of Maurusii. Den Romeinen werden zij eerst in den oorlog tegen Jugurtha nader bekend, toen hun koning Bocchus in 106 v. C. zijn schoonzoon Jugurtha aan hen uitleverde. Na den dood van den laatsten Bocchus gaf Augustus in 25 V. C. M. aan Juba II; Claudius maakte het in 42 n. C. tot Romeinsche provincie, en verdeelde het in: Mauretania Tingitana in het N. van het tegenwoordige Marokko, en M. Caesariensis, het grootste gedeelte van het tegenwoordige Algiers. Laatstgenoemde provincie werd door Diocletianus weer verdeeld in M. Caesariensis, het grootere W. gedeelte, en M. Sitifensis, het O. deel met de haven Saldae (thans Bougie).

In 429 kwam M. met Noord-Afrika in de macht der Vandalen, werd echter 534 door de Byzantijnen en omstreeks het einde der 7de eeuw door de Arabieren veroverd. De bewoners van Mauretanië (Mauri) werden verdeeld in een groot aantal stammen en leidden voor het grootste gedeelte een nomadenleven. Dikwijls dienden zij als soldaten, het liefst als ruiters, in de legers van Carthago, van hun eigen koningen of van de Romeinen. Steden werden langs de kust eerst door de Carthagers aangelegd. Het Christendom breidde zich in de 3de of 4de eeuw in M. uit. Nog in 484 bestonden er, ondanks de vervolgingen van den Ariaanschen koning der Vandalen, Hunnerik, in M. 170 Katholieke bisschopzetels. 2) administratieve benaming voor het gedeelte van het Fransche Saharagebied, ten N.W. van de bocht van den Niger. M. heeft een opp. van ± 875.000 K.M.2, is sedert 1903 een Fransch gebied met ± 250.000 inw., waarvan 160 Franschen.

< >