Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Lynden (van)

betekenis & definitie

Lynden (van), - een oud-adellijk Nederl. geslacht, waarschijnlijk naar de heerlijkheid Lienden (Ned. Betuwe) genoemd, dat reeds in de 12e eeuw voorkomt, doch waarvan de geregelde stamreeks begint met Dirck v. L. (± 1368), die onder den eersten Gelderschen hertog tot het hooge ambt van erfschenker van Gelder werd verheven. In ’t midden der 17de eeuw splitste zich de stam in twee takken, die beide tot heden verscheidene leden in hooge ambten aan het Hof, bij ’t leger en aan Regeeringscolleges leverden. Wij volstaan met te noemen : W. Constantijn Theodoor van Lynden van Sandenburg, geboren te Utrecht 1826, overleden op het kasteel Sandenburg (gemeente Langbroek, prov.

Utrecht) 1885, was achtereenvolgens Lid der 2e Kamer, Minister van Justitie(1874—77), van Buitenl. Zaken (1879— 81), en van Financiën (1881—83) en lid van de le Kamer. In 1882 schonk Willem III hem den graventitel en benoemde hem in ’83 tot Minister van Staat. Zijn halfbroeder W. Robert baron van L. (1843—1910), die in 1844 vergunning verkreeg, om den geslachtsnaam zijner moeder Melvil voor den zijnen te plaatsen, was lid van de le Kamer en van 1901—05 Minister van Buitenl. Zaken onder Kuyper.

< >