Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Lychnis

betekenis & definitie

Lychnis, - plantengeslacht der Caryophyllaceeën met 10 soorten in Europa en Siberië. Inheemsch zijn L. flos cuculi, de koekoeksbloem, algemeen aan veenachtige slootkanten en, als verwilderde plant uit Z.-Europa, L. coronaria, de prikneus, witviltig, plm. 76 c.M. hoog, met karmijnroode, vijfbladige bloemen, waarvan de spitse, harde kroonschubjes den naam verklaren. — L. chalcedonica, uit Rusland en Kl.-Azië, is een vaste plant, plm. 76 c.M. hoog, met vuurroode bloemen in kleine eindstandige schermen in Juni—Juli, ook wel bekend als: Konstantinopel, croix de Jerusalem, brennende Liebe, enz. en met witte en dubbele verscheidenheden. L. fulgens uit Siberië, 50 c.M., heeft fijner ingesneden, vierslippige bloembladeren. L. grandiflora uit China en Japan, met vele var., is eenigszins teerder.

Fraaie hybriden zijn: L. Haageana (L. fulgens, L. grandifl.) en L. Arkwrightii (L. chalcedon, Haageana), beide met vele variëteiten en zoowel voor den tuin als voor potteelt geschikt. L. viscaria; zie VISCARIA. Zie ook plaat Vruchtvormen, fig. 13.

< >