Lüneburg - stad in de Pruis. prov. Hannover; inw., aan den N.-rand der Lüneburger hei. Vroeger kon de stad nog door kleine vaartuigen bereikt worden van uit de Elbe.
Bronzout, kalk en gips. Aan den bloei in de 13e en 14e eeuw herinneren nog vele oude, deftige huizen. L. komt snel op door handel en nijverheid. (Voor de gesch. zie BRUNSWIJK en HANNOVER.)