Leconte de lisle - (eigenlijk Charles-Marie Leconte), geb. in 1818 te Saint-Paul op het eiland Réunion, bezocht vrij laat het „collége” van Saint-Denis, de hoofdplaats van het eiland, en schijnt als leerling niet uitgemunt te hebben. Hij is later de leider van den z.g. „Parnasse” en een van de groote dichters van zijn tijd geworden. Zij, die hem gekend hebben, weten te vertellen, dat hij vaak de school verzuimde om de romans van Walter Scott in de stadsbibliotheek te gaan lezen.
Hij heeft tweemaal de reis naar Frankrijk gemaakt; de eerste maal om zijn juridische studies te Rennes te voltooien, en de tweede maal om zich voor goed te Parijs te gaan vestigen, daar hij zich te Saint-Denis „verschrikkelijk alleen” voelde. Zijn dichtwerken bestaan uit: de drie bundels, Poèmes antiques (1852), Poèmes barbares (1862) en Poèmes tragiques (1884), uit een tooneelstuk les Erinnyes, een navolging van de „Orestie” van Aeschylus, uit vertalingen van de „Ilias”, de „Odyssee”, de werken van Hesiodus, Horatius, en eindelijk uit Derniers poèmes, die in 1895, een jaar na zijn dood, het licht zagen.
Wat de gedichten van dezen grooten kunstenaar onderscheidt, is hun philosophisch, onpersoonlijk, karakter en hun onberispelijke vorm. L. de L. is pessimist, skeptikus, nihilist. Innig overtuigd, dat de menschheid ten eeuwigen dage gedoemd is tot lijden, dat alles slechts waan en leugen is, smacht de dichter, die de beschavingstoestanden van de Oudheid, de Middeleeuwen en den nieuweren tijd bestudeerd heeft, naar het oogenblik, dat hij het niet kan ingaan om daar de rust van den goddelijken Dood te smaken. En in plaats van, zooals de romantieken, zijn vreugde en zijn persoonlijke ellende uit te zingen, onderdrukt hij met opzet alles wat de intieme gevoelens van zijn „ik” zou kunnen verraden. Als wijsgeer en historieschrijver verhaalt hij het epos van het menschdom.
Zie: M. A. Leblond, Leconte de Lisle, d’après des documents nouveaux, (Parijs, 1906); Fiore della Neve, Leconte de Lisle (Haarlem 1890); G. A. Keiser, Stilstudien zn Leconte de Lisle (Halle, Niemeyer, 1917).