Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Kosmos

betekenis & definitie

Kosmos - (Gr.), eigenlijk sieraad, orde, vervolgens wereldorde, heelal — waarin volgens de Grieksche wijsbegeerte een volmaakte harmonie heerschte. Voor de ouden gold als k. de hemelsfeer, met de aarde als middelpunt; zij werd door de meeste oude filosofen voor een bezield wezen gehouden. Plato noemt haar de zichtbare godheid, maar onderscheidt daarvan nog de hoogste onzichtbare godheid.

Anderen daarentegen namen een oneindigen k. aan, bestaande uit ontelbare werelden. Deze meening sluit zich dus bij de tegenwoordige opvattingen aan, volgens welke het begrip k. niet enkel ons zonnestelsel omvat, maar het geheel van alle zichtbare hemellichamen: sterren, sterrenhoopen, nevelvlekken. Zie HEELAL.

< >