Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Kimberley (john wodehouse, graaf van)

betekenis & definitie

Kimberley (john wodehouse, graaf van) - Engelsch staatsman, geb. 1826, overl. 1902 te Londen, studeerde in Oxford, werd in 1852 op het Departement van Buitenl. Zaken geplaatst als onder-secretaris, was tusschentijds gezant te Petersburg en Kopenhagen, werd in 1864 onder-koning van Ierland, in welke waardigheid hij tot graaf werd verheven (1866), was onder Gladstone Minister van Koloniën, eerst van 1870—74, opnieuw van 1880—82, zag zich door Gladstone van 1882—86 en van 1892—94 met het Ministerschap voor Indië belast en stond het volgende jaar onder Rosebery aan ’t hoofd van Buitenlandsche Zaken. Sinds had hij in het Hoogerhuis als liberale leider groot gezag. De diamantenstad, die na 1870 uit het onbeduidend Colesberg-kopje tot een der grootste steden in de Kaapkolonie opwies, werd naar hem genoemd.

< >