Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Kerkwijk (jacob johan van)

betekenis & definitie

Kerkwijk (jacob johan van) - Nederlandsch staatsman, geb. 1830 te Ouddorp (Z. H.), overl. in Den Haag 1901, studeerde te Delft voor Civielingenieur, stond van 1855—75 in dienst van de Rijks-telegraaf te ’s-Gravenhage, was sinds 1863 een zeer werkzaam liberaal lid van de Tweede Kamer, waar hij ijverig den aanleg bevorderde van stoomtramlijnen op Z.-Hollandsche en Zeeuwsche eilanden en o. a. bewerkte, dat tot stand kwam de Wet van 23 Juli 1885, waarbij de tusschenpersonen vervielen tusschen het Rijk en de collecteurs der Staatsloterij. Niet alleen maakte hij zich zeer verdienstelijk voor het telegraafwezen, maar ook voor het spoorwezen bracht K. als commissaris van verscheidene spoorweg-maatschappijen belangrijke adviezen uit. Hij schreef o. a. Gebruik van electrisch licht hij het maken der draaibrug over de Mark (1856); De Atlantische telegraaflijn (1859); Geschiedenis van de invoering der electrischmagnetische telegrafie in Nederland (1870); Een en ander over onze spoorwegen (1878).

< >