Katwijk - (of: de beide Katwijken en het Zand), gem. in Z.-Holland ten N.W. van Leiden, langs de zee, groot 1186 H.A. met 12.000 inw. Het bevat de beide dorpen K.-aan-Zee (of Katwijk-buiten) en K.-aan-den-Rijn (of K.-binnen), benevens de heerlijkheid Het Zand, 1 K.M. ten O. van K.-binnen. De bodem bestaat uit duinzand, in ’t O. uit een weinig klei. Katwijk aan Zee telt 6000 inw., die van visscherij en de badgasten leven; het is door een electr. tram met Leiden verbonden.
Katwijkbinnen, met 4000 inw., wordt door den Rijn doorsneden en is een der mooiste duindorpen. Hoofdbron van bestaan is landbouw. Het ligt aan de tramlijn naar Leiden, en aan ’t begin van ’t kanaal van den Rijn naar de Noordzee.