Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Kanaal (het engelsche)

betekenis & definitie

Kanaal (het engelsche) - breede zeeweg tusschen Engeland en Frankrijk, welke den Atlantischen Oceaan met de Noordzee verbindt. Is een der drukst bevaren gebieden der wereld; de kusten zijn goed van lichttorens e. d. voorzien. De diepte is in het W.-deel grooter dan in het O.-deel en bedraagt in de lijn Lizard-Ouessant 40-60 vadem, La Hague-Auvil Pt. 20-30 vm., Gris-Nez-Dover 15-25 vm. Tusschen laatstgenoemde plaatsen heet het Kanaal eigenlijk de Straat van Dover of Nauw van Calais, hierin ligt de bekende Varne-Bank.

Ten W. van Kaap La Hague vindt men in het anders niet geaccidenteerde Kanaal een 70 mijl lange, 2 a 3 mijl breede voor of gleuf, het z.g. Hard-Diep dat 60-90 vm. diep is en zich in een richting W.Z.W.-O.N.O. uitstrekt. Het zoutgehalte is afnemend van het Westen naar het Oosten van 35,5 tot 35,0‰ en dikwijls vindt men door de sterke getijstroomen homohaliniteit van de oppervlakte tot den bodem. Ook de temperatuurverdeeling is om dezelfde reden dikwijls homotherm, zooals onderstaande tabel aangeeft. Plaats 49° 27’ N.4° 42' W.

Diepte. 0 10 20 30 40 50 95 12/8 ’04 17.6 17.2 13.1 13.1 13.1 13.0 13.0 1/11 ‘04 13.5 13.6 13.6 13.6 13.6 13.6 13.6 2/2 ’05 10.4 10.4 10.4 10.4 10.4 10.4 10.4 13/5 ’05 10.7 10.7 10.6 10.3 10.3 10.3 10.3 Het getij is vrij nauwkeurig bekend en het blijkt, dat een getijgolf uit den A. O. en een uit de Noordzee binnenkomt. In het algemeen is het verval aan de Fransche kust veel grooter dan aan de Engelsche als gevolg van de aardrotatie. Bekend zijn de groote vervallen in de Bocht van St. Malo (12 M. bij spring) en de felle getijstroomen vooral tusschen La Hague en Ouessant. De stroom is in het algemeen zwak van het Westen naar het Oosten, hetgeen o. m. blijkt uit het transport van planten, kalksteen en van water met kenmerkende eigenschappen op het gebied van zoutgehalte en temperatuur.

< >