Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Kalkmergel

betekenis & definitie

Kalkmergel - is mergel met een zeer hoog gehalte (80% en hooger) aan koolzure kalk. Vormt een belangrijk materiaal voor bemesting en grondverbetering (zie KALKBEMESTING), vooral voor zand- en veengronden. Werd vóór den oorlog in den regel uit Duitschland betrokken. In de oorlogsjaren 1914-1918 heeft in ons land de ontginning van k. in Zuid-Limburg groote afmetingen aangenomen, daar de aanvoer uit België en Duitschland sterk werd belemmerd.

De toepassing als hulpmeststof (vnl. als grondverbetering) is de voornaamste geweest (productie in 1918 ca. 80.000 ton). Daarnaast is ook het reeds uit den Romeinschen tijd dateerende gebruik van k.-blokken voor den huizenbouw tot nieuwe ontwikkeling gekomen (groeven bij Sibbe, Valkenburg en Meerssen). Het gebruik van de hardste stukken (touw, heerd) en van enkele bijzondere formaties voor de kalkbranderij heeft, vnl. wegens primitieve ovenconstructie, slechts zeer middelmatige resultaten opgeleverd, en zal wel weer tot het verleden behooren. Niet onwaarschijnlijk zullen enkele geschikte soorten (± 75% CaCO3 en 25% klei) in de toekomst van belang worden voor een Z.-Limburgsche cementindustrie. Kleine hoeveelheden van het fijnste materiaal dienen als vulstof in de industrie van kurkplaten en sigarenpijpjes, grootere hoeveelheden voor de flesschenindustrie, die uit zeer enkele groeven ook voor de vervaardiging van witglas. Een groot gedeelte der Z.-Limb. productie staat onder controle van het Centraal Verkoopsbureau van den Bond van ontginners te Maastricht.

< >