Jansz (broer) - geboren te Amsterdam in 1680 en aldaar in 1652 gestorven, was behalve uitgever een der eerste journalisten en courantiers in de Nederlanden. Zijn vroegste uitgave, een vlugschrift, dateert voor zoover bekend van 1603; zijn eerste nieuwstijding, waaruit allengs een geregeld verschijnende courant is gegroeid, van 1619. In die nieuwstijding gaf J. als ooggetuige verslag van Van Oldenbarnevelts terechtstelling te ’s-Gravenhage, en eindigde hij met de kennisgeving: „wat voorders passeert sal ic V. E. toecomende Vrijdaghe in de Courante mededeelen”. In 1629 begon hij deze couranten een doorloopend nummer en een titel: „Tijdinghen uit verschej'de (ook wel: uijt vele) Quartieren” te geven, en later noemde J. zich „out-courantierin het legher van S. Princ.
Exc.”, wat aantoont, dat hij het leger van prins Maurits te velde volgde, om zoo spoedig mogelijk de belangrijkste voorvallen te kunnen publiceeren. Uit dit nieuwsblad en uit het gelijktijdige van Jan van Hilten is de latere Amsterdamsche Courant ontstaan. Zie ook: APPELAER (Broer) en BROERSZ (Joost).
