Janko (paul von) - geb. te Totis (Hong.) 1856; studeerde te Weenen aan het conservatorium voor muziek en tegelijkertijd aan de Polytechnische School; later ging hij naar Berlijn waar hij bij Ehrlich zijn pianostudie voortzette en aan de Universiteit de lessen in wiskunde volgde. J. heeft zijn bekendheid in muzikale kringen te danken aan een door hem uitgedachte klaviatuur voor de toetsinstrumenten, die zeer de aandacht getrokken heeft en werkelijk geniaal uitgedacht is. Dat die uitvinding niet overal doorgedrongen is waar piano gespeeld wordt, vindt zijn oorzaak daarin dat zij, die reeds een zekere vaardigheid hebben bereikt, om op de J.-klaviatuur te leeren spelen geheel moeten „omstudeeren”.
De spelers, die daartoe den moed en de energie hebben gehad, roemen ten zeerste de uiterst practische inrichting van het klavier van J. Het hoofdbeginsel van zijn vinding is dat elke toets drie verschillende aanslagplaatsen heeft, waardoor de klaviatuur er uitziet alsof ze in drie verdiepingen verdeeld is. J. heeft zijn uitvinding verklaard en uiteengezet in een geïllustreerde brochure Eine neue Klaviatur. Hij schreef ook verhandelingen over verschillende andere muzikaalwetenschappelijke onderwerpen.