Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Incubatie

betekenis & definitie

Incubatie - (Lat.)

1) het liggen en slapen in de tempels en heilige plaatsen, vooral van Aesculaap, Apollo, Serapis. Bij de Grieken werd dit gebruik uit Egypte overgebracht door de priesterfamilie der Aselepiaden. De zieken werden hiertoe op het terrein van den tempel gebracht, aan verschillende reinigingen en ceremoniën onderworpen, vervolgens feestelijk den tempel binnengeleid en daar op een legerstede, welke met de huid van een versch geslacht offerdier bedekt was, neergelegd om onder den invloed van geheime middelen in slapenden toestand te komen. Dan meenden zij door onmiddellijke ingeving der godheid de orakels der genezende góden te ontvangen en hingen, van hun ziekte verlost, een korte mededeeling daarover als offergave in den tempel op (votieftafeltjes, waarvan er bijv. zeer vele gevonden zijn in het heiligdom van Asclepius te Epidaurus).
2) het tijdperk van een ziekte, dat verloopt tusschen het oogenblik waarop de infectie tot stand kwam en het tijdstip, waarop zich de eerste verschijnselen openbaren. Voor bepaalde infectieziekten bedraagt het een vrij nauwkeurig bekend aantal dagen. Zoo bedraagt de i. bij cholera enkele uren tot hoogstens 3 dagen, bij mazelen 8—14 dagen, bij roodvonk 4—7 dagen, bij pokken 12—14 dagen, bij druiper 2—3 dagen, bij hondsdolheid 40—60 dagen (Pasteur). De maatregelen van quarantaine voor schepen, die uit een besmette haven komen, hangen met den incubatietijd der in die haven heerschende ziekte samen, aangezien men de schepen zoolang buiten de havens houdt, dat deze tijd zeker is verloopen en eventueele besmetting aan boord zou kunnen zijn waargenomen.

< >