Huisvrede - onschendbaarheid van iemands woning. Deze wordt, bij wijze van grondrecht, tot op zekere hoogte gewaarborgd door art. 158 Grw., dat bepaalt, dat het binnentreden in een woning tegen den wil van den bewoner alleen geoorloofd is in de gevallen, bij de wet bepaald, krachtens een bijzonderen of algemeenen last van een macht, door de wet aangewezen, en dat de wet de vormen regelt, waaraan de uitoefening van deze bevoegdheid gebonden is.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk