Hop (vogel) - Upupa epops, behoort tot de zitpootigen. Lengte 25 c.M., staart 9 c.M. Bont gekleurd; de bovenzijde roodbruin, vleugels en staart zwart met witte dwarsvlekken. Op den kop staat een kuif van veeren, die hij waaiervormig kan uitspreiden. Hier te lande vrij zeldzaam van April tot September als broedvogel.
Voedt zich met insecten uit mest of onder steenhoopen of met wormen uit den grond; de snavel is dan ook lang, priemvormig. Een zeer schuwe vogel, die, als gevaar nadert, plat op den grond gaat liggen, met uitgespreiden staart en vleugels en den snavel in de hoogte, onbewegelijk. De nesten stinken ondragelijk, omdat de uitwerpselen van de jongen niet verwijderd worden en het wijfje in de stuitklier een sterk riekend vocht uitscheidt; vandaar de volksnamen drekhaan en stinkhaan.